Terroir
Wijngaard:
strekt zich uit over Chateauneuf-du-Pape en de 4 aangrenzende gemeenten Bédarrides, Courthézon, Orange en Sorgues.
Bodem:
diep en zeer rijk aan keien; voor het grootste gedeelte samengesteld uit grote, afgeronde rolkeien van kwarts vermengd met zandige rode klei.
Klimaat:
dit is de droogste sector van de gehele Côtes du Rhône. De overheersende wind is de mistral, het aantal uren zonneschijn bedraagt minstens 2.800 per jaar en de overdag opgeslagen warmte in de keien wordt ‘s nachts afgegeven.
Geschiedenis:
in de 14e eeuw kiezen de pausen, die zich in Avignon hadden geïnstalleerd, Châteauneuf-du-Pape als zomerresidentie. De 7 opeenvolgende pausen stimuleerden de wijnproductie en vergrootten het wijngebied. De strenge productievoorwaarden vormen deels de basis voor de latere AOC wetgeving. Chàteauneuf-du-Pape is tot AOC verheven in 1936.
Productie
Omvang:
3.165 ha wijngaard in 2010. Opbrengst van 84.777 hl. Gemiddeld gerealiseerd rendement 27 hl/ha. 93% rood en 7% wit.
Druivenras:
13 druivenrassen toegestaan. Momenteel worden voornamelijk grenache, cinsault, mourvèdre, syrah, muscardin, counoise, clairette en bourboulenc gebruikt. Picardan, picpoul, roussane, terrel noir en vaccarèse zijn quasi uitgerangeerd.
Snoeiwijze:
Guyotsnoei voor de syrah; snoeiwijze in bekervorm voor de andere druivenrassen of in waaiervorm met 2 ogen per uitloper met een maximaal van 15 vrije ogen per wijnstok naast de ogen op oud hout. Leiden langs draad of steunpalen is verboden.